Kemal Kılıcdaroglu, de leider van de grootste oppositiepartij (CHP, Republikeinse Volkspartij), heeft zware kritiek geuit op het nieuw economisch programma van de regering. Hij beweert dat het in het geheim werd opgesteld door de regering in overleg met het Internationaal Muntfonds (IMF).
“Het nieuwe programma is een IMF-programma. Er is dagenlang overleg geweest met het IMF.
Het oude programma werkte niet. Dat kwam meteen aan het licht bij het eerste overleg tussen het IMF en de regering. Anders zou niemand iets te weten zijn gekomen over de interventies van het IMF,” zei Kılıcdaroglu eerder deze week.
Kılıcdaroglu deed die uitspraken op de bijeenkomst van de parlementaire fractie van zijn partij, een dag na de start van het nieuwe parlementaire jaar op 1 oktober.
“Dengelenme, Değişim, Disiplin” prensipleriyle tanımladığımız Yeni Ekonomi Programı’nın ilk yılını tamamladık.
Enflasyon ve cari açıkla mücadele başta olmak üzere çoğu alanda beklenenden öte başarı sağladık. Bugün, yeni bir başarı hikayesi için ikinci yıl başlangıcını yaptık. pic.twitter.com/kV9SZKTZlc
Op 30 september kondigde minister van Financiën en Begroting Berat Albayrak het nieuw economisch programma voor Turkije aan. Het beslaat een periode van drie jaar, te beginnen vanaf 2020.
“Er wordt bijna elke maand een nieuw programma voorgesteld. Hoe kan [Albayrak] weten wat armoede is? Onze vrienden van het IMF zijn gekomen, ze schreven een kant-en-klaar economisch programma uit en gaven het aan [Albayrak],” aldus Kılıcdaroglu.
“Vorig jaar groeide de economie met 2,3 procent. Het nieuwe cijfer dat genoemd wordt, is 0,5 procent. Omdat het IMF dat zegt.”
De werkloosheid is gestegen tot 12,1 procent. Bij de jeugd is dat zelfs 25 procent, verzucht de CHP-leider.
“Men had verwacht dat de inflatie 8 procent zou bedragen. Nu is dat al opgelopen tot meer dan 12 procent. Met wat zijn ze dan eigenlijk bezig? Ze doen gewoon wat het IMF voorschrijft.”
Er is ook overleg geweest tussen topambtenaren van het IMF enerzijds en de CHP en de andere oppositiepartij İYİ (Goed) anderzijds. Het gaat om consultaties in het kader van Artikel 4, een jaarlijkse economische evaluatie van alle lidstaten van het Fonds.
Daar had Mehmet Muş, vice-fractievoorzitter van de regerende Partij voor Rechtvaardigheid en Ontwikkeling (AKP), dan weer kritiek op. “De CHP mag natuurlijk zo’n overleg houden. Maar waarom gebeurt dat discreet in hotelkamers?” vroeg hij zich af.
Vice-voorzitter en woordvoerder van de CHP Faik Öztrak antwoordde daarop: “We hebben niets in het geheim besproken. Als mijnheer Raci [Kaya, afgevaardigde bij het Fonds, aangesteld door de Turkse regering] niet op de hoogte is van het overleg, dan is dat zijn probleem.”
