Een militaire operatie in de Syrische provincie Idlib zou de regio, die toch al met grote problemen kampt, nog dieper in de afgrond storten, zei de Turkse minister van Defensie Hulusi Akar.

“Idlib staat op de rand van een nieuwe crisis. Turkije werkt samen met Rusland, Iran en andere bondgenoten om vrede en stabiliteit [in Syrië] te bewerkstelligen en een einde te maken aan de humanitaire tragedie,” aldus Akar.

“Het is belangrijk voor alle betrokken landen om samen te werken in deze periode van onzekerheid,” zei Akar nog, tijdens een vergadering met ambassadeurs eerder deze week.

“De regio bombarderen zou niet alleen onschuldige burgerslachtoffers maken en nieuwe migratiestromen op gang brengen, maar ook radicalisering in de hand werken,” zo zei hij nog.

In de provincie Idlib, die dicht bij de Turkse grens ligt, wonen momenteel meer dan 3 miljoen Syriërs. Velen daarvan zijn gevlucht uit andere steden na aanvallen van het regeringsleger.

Groot offensief

Het Syrische regime heeft recent bekendgemaakt dat het plannen heeft om een groot offensief te starten in het gebied. Het wordt al sinds lang gecontroleerd door verschillende gewapende oppositiegroepen.

De VN waarschuwden dat zo’n offensief tot de “grootste humanitaire catastrofe in de 21ste eeuw” zou leiden.

De Turkse minister zei ook dat Turkije verschillende bedreigingen tegelijkertijd het hoofd moest bieden. “We strijden zowel tegen FETÖ als tegen PKK/PYD/YPG/KCK en anderzijds vangen we meer dan 3 miljoen Syrische vluchtelingen op.”

Akar benadrukte dat Turkije de territoriale en politieke integriteit van al zijn buurlanden respecteert. “Maar als één van deze landen ons land bedreigt, blijft dat nooit onbeantwoord en dat zal ook in de toekomst niet anders zijn.”

Akar zei dat hij geloofde dat “de PKK en de YPG in wezen dezelfde terroristische organisatie zijn. In Turkije en Irak heet ze PKK, in Syrië YPG.” De VS en de EU beschouwen de PKK als een terroristische groepering.

Hürriyet

S.V.R.