Vier PKK-terroristen zijn veroordeeld tot gevangenisstraffen voor het aanvallen van een aantal Turkse winkels en het beschadigen van een auto in Noord-Duitsland. Zij werden beschuldigd van onder andere poging tot intimidatie.

Het Hoger Regionaal Gerechtshof in de Nedersaksische stad Celle oordeelde woensdag dat een jeugdleider van de verboden terreurorganisatie PKK in Hannover de verdachten had opgehitst.

De uitspraak is nog niet juridisch bindend. De verdachten, drie Syriërs en een Irakees, die al sinds het voorjaar van 2018 in hechtenis zitten, kunnen in beroep gaan tegen het vonnis.

De aanvallen werden waarschijnlijk uitgevoerd als vergelding voor een Turks militair offensief in gebieden onder controle van het Syrische filiaal van de PKK, de YPG in het noorden van Syrië.

Twee 23-jarige PKK-terroristen, die een auto van een Turk in brand hadden gestoken, kregen een totale gevangenisstraf van twee en een half jaar. De twee andere verdachten – 21 en 24 jaar oud – werden veroordeeld tot twee jaar en drie maanden gevangenisstraf.

De rechtbank heeft de verdachten schuldig bevonden aan brandstichting, schending van de wapenwet en steun aan een buitenlandse terroristische groepering.

In haar meer dan 30-jarige terreurcampagne tegen Turkije is de PKK, die door Turkije, de VS en de EU als terreurgroep wordt beschouwd, verantwoordelijk voor de dood van ongeveer 40.000 mensen, waaronder vrouwen en kinderen.

Sabah

T.A.