In een interview met de krant Habertürk verklaarde de mede-eigenaar van de nachtclub Reina dat hij geen amusement meer kan verkopen op een plek waar 39 personen zijn omgekomen.

De aanval op oudejaarsnacht kostte het leven aan 39 mensen en verwondde nog eens 65 anderen. “Door de schurken hebben we lijkzakken naar de rest van de wereld moeten sturen. Ik kan geen amusement meer verkopen op een plek waar zoveel mensen zijn doodgegaan,” aldus Ali Ünal, één van de uitbaters van Reina.

De nachtclubeigenaar zei wel trots te zijn op de internationaal befaamde nachtclub en verklaarde dat Reina niet opgedoekt mag worden.

“De aanvaller dacht dat ik dood was”

Ünal was in de nachtclub aanwezig op het moment dat de aanval zich voordeed: “Toen ik op de grond viel, dacht de aanvaller dat ik dood was. Ik ben veel vrienden en klanten in de aanval kwijtgeraakt. Om deze reden kan ik geen zaken meer doen op deze plek. Ik weet niet of Koçarslan – de andere zakenvoerder –  hierover mijn mening deelt,” verklaarde Ünal.

Moreel standpunt

Tijdens het interview verklaarde de zakenvoerder dat hij wel niet volledig uit de horeca stapt: Ik kan niet plots stoppen met mijn job. Ik ken de horeca en het is ook mijn broodwinning. Verder heb ik ervaring in de voeding- en dranksector. Maar vanuit een moreel standpunt kan ik de nachtclub niet meer uitbaten.”

Nieuwe locatie

De uitbater verklaarde dat de fysieke toestand van de zaak wel intact was: “Als ze willen kunnen ze de zaak morgen openen. Fysiek ontbreekt er niets aan de zaak, maar mentaal gezien kan ik het gewoon het niet meer. Elke dag zie ik nog de beelden van de slachtoffers voor mij. Hoe kan ik dan op deze plek muziek afspelen? Ik heb geen enkele foto van de nachtclub na de aanval genomen en verbied ook mensen om foto’s te nemen. Het enige beeld dat ik van de aanval gezien heb, is een opname van de aanvaller die mij onder vuur nam. Ik kijk er nog elke dag naar,” zei Ünal tijdens het interview.

De mogelijkheid bestaat dat Reina op een andere locatie wordt geopend, maar Ünal verklaarde dat hij uit de zaak stapt in het geval dat de nachtclub op dezelfde locatie wordt geopend.

Trauma

“Sinds ik de aanval overleefd heb, kijk ik anders naar het leven. Materiële behoeftes doen er niet meer toe. Toch kan ik niet blij zijn om het feit dat ik de aanval overleefd heb. Voor mij voelt dit zelfs aan als een last. Wel voel ik mij gelukkig dat mijn zoon niet vaderloos moet opgroeien. Ik heb het gevoel dat ik alleen maar kan ademen. Slapen kan ik niet meer. Doctoren hebben mij slaapmedicatie voorgeschreven, maar ik weiger deze in te nemen. Op de één of andere manier moet ik hier overheen komen. Mijn familie en personeel rekent op mij. Ik heb meer dan 100 man die van mij afhankelijk zijn.”

Hürriyet en Habertürk.