Foto: een migrant loopt weg van traangas aan de grensovergang tussen Kastanies en Pazarkule, bij Edirne.

Woensdag kondigde Griekenland aan dat het meer politiepatrouilles gaat doen aan de Turkse grens om te anticiperen op een nieuwe instroom van vluchtelingen.

Daarom zullen 400 extra politieagenten naar de noordoostelijke grensregio in de buurt van de rivier de Maritsa gestuurd worden.

Politiewoordvoerder Theodoros Chronopoulos noemde dat een “voorzorgsmaatregel” in een interview met Agence France-Presse (AFP).

Griekenland heeft een probleem met illegale immigratie vanuit Turkije, zowel aan de landsgrens als op de Griekse eilanden, waar de instroom al voor de coronacrisis piekte.

Eind februari en in maart stroomden duizenden migranten en asielzoekers, op weg naar Europa, toe aan de Grieks-Turkse grens. De Turkse regering had toen immers gezegd dat ze hen niet langer ging tegenhouden om naar Griekenland te reizen.

De Griekse grenswacht, de politie en het leger vuurden traangas af en gooiden projectielen naar de instromende mensen.

Mensenrechtenorganisaties hebben al vaak kritiek geuit op de Griekse regering, omdat ze niet-begeleide minderjarigen vasthoudt in de overbevolkte kampen.

De Turkse autoriteiten evacueerden de asielzoekers bijna een maand later. Volgens de Griekse staatstelevisie werd een tijdelijk kamp, waar ze verbleven, in brand gestoken uit vrees voor een coronabesmetting.

Athene heeft “bepaalde berichten ontvangen die suggereren dat de druk op onze grenzen opnieuw zal toenemen, vooral dan onze landsgrenzen.” Dat zei minister van Defensie Nikos Panagiotopoulos dinsdag in een interview met Skai TV.

Na de gebeurtenissen van maart had Athene aangekondigd dat het de omheining langs de grens zou verlengen. Dat creëerde dan weer nieuwe onenigheid met Ankara.

Turkije vindt dat er overleg moet komen over de verlenging van de omheining. Bovendien is de rivierbedding van de Maritsa aanzienlijk verschoven sinds het vastleggen van de grens in 1926, onder invloed van natuurlijke en artificiële factoren.

Ankara zegt dat er “technische coördinatie” moet komen en dat het niet zal toelaten om voor een voldongen feit gesteld te worden.

Griekenland werpt tegen dat de grens onveranderd is gebleven en dat het Turkije niet moet consulteren over infrastructuurwerken op zijn eigen grondgebied.

“De omheining staat op Griekse bodem, zonder enige twijfel en met ruimte op overschot,” zei de Griekse minister van Buitenlandse Zaken woensdag.

Turkije en Griekenland zijn belangrijke transitlanden voor migranten, vluchtelingen en asielzoekers die in Europa een nieuw leven willen beginnen, op de vlucht voor oorlog en vervolging.

Ankara vangt al bijna 4 miljoen Syrische migranten op, meer dan welk land ook ter wereld. Naar eigen zeggen kan het geen nieuwe instroom meer aan.

Turkije veroordeelt Griekenland voor het hardhandige optreden. Eerder deze maand beweerde Turkije nog dat de Griekse kustwacht boten, met migranten en vluchtelingen op weg naar de Griekse eilanden, had proberen te doen zinken. Ze openden het vuur en sloegen de mensen met lange stokken.

Bron: Sabah

S.V.R.