Israëlische bedrijven verkiezen steeds vaker Turkije boven China
Als gevolg van de coronacrisis in China, zijn Israëlische producenten en importeurs steeds vaker naar andere markten op zoek moeten gaan.
Daarbij kwamen ze steeds vaker uit bij Turkije. Dat komt omdat Turkije vlakbij ligt, de kwaliteit van productie er goed is en de producten betaalbaar zijn. Zo redeneert İbrahim Sinan Ak.
Hij is lid van het Bestuur voor Buitenlandse Economische Relaties (DEIK), waar hij de Raad voor de Turks-Israëlische relaties voorzit. In een rapport dat Anadolu Agency (AA) vrijdag uitbracht, merkte Ak op dat Israël een van de eerste landen was die vluchten van en naar China schrapten.
Dat gebeurde in de derde week van februari, toen in Israël het eerste geval van COVID-19 gemeld werd. Als gevolg daarvan zochten veel Israëlische bedrijven naar mogelijkheden in Turkije.
Sinds 1 mei 1997, toen het vrijhandelsverdrag tussen beide landen in werking trad, is het handelsvolume sterk toegenomen. Volgens het ministerie van handel is het jaarlijkse handelsvolume sinds 2013 altijd tussen de 5 miljard en 6 miljard dollar gebleven, met een uitschieter van 6,6 miljard dollar in 2019.
Daarvan werd voor 4,4 miljard dollar uitgevoerd, voornamelijk ijzer, staal, textiel, auto’s, vliegtuigen, schepen, aardewerk en glas. Er werd voor 1,6 miljard dollar ingevoerd.
Het eerste kwartaal van dit jaar bedroeg de export naar Israël 1,1 miljard dollar, een toename van 4,9% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Vooral de export van tabak, sterke drank en andere drank steeg, met 31%.
Ook werden er 22% meer asbest, cement, aardewerk, glas en gips uitgevoerd. Volgens Ak komt dat doordat de bouwnijverheid in Israël gewoon bleef doorgaan, en de benodigde bouwmaterialen niet vanuit Europa konden komen. De uitvoer van voertuigen daalde met 62%.
De import daalde met 1,4%, naar 464,3 miljoen dollar. Het totale handelsvolume, dat in het eerste kwartaal vorig jaar 1,5 miljard dollar bedroeg, steeg met 3%.
In april daalde de uitvoer naar Israël met 32,9% ten opzichte van april vorig jaar. Dat blijkt uit gegevens van de Turkse exporteursvereniging TIM. Vanaf die maand werden de economische gevolgen van de coronacrisis echt voelbaar, ook bij de export. Ook de Israëlische export naar Turkije daalde. In het eerste kwartaal van dit jaar was dat met 24%. Wel werden er 85% meer landbouwproducten uitgevoerd. De uitvoer van chemische producten daalde met 49%.
Ak ziet wel dat de handelsrelaties tussen Turkije en Israël verbeteren, en verwacht daarom dat het handelsvolume na de crisis weer zal toenemen. “Door de crisis hebben importeurs ingezien dat het belangrijk kan zijn niet teveel af te hangen van 1 land. “Ik geloof dat ook producenten vanaf nu hun productie zullen verdelen over meerdere landen.”
Ook in het toerisme was er een sterke daling te zien als gevolg van het opschorten van het vliegverkeer. Volgens Ak is Turkish Airlines de maatschappij die het vaakst op Israël vliegt. Wat wel geholpen heeft, is dat veel medische voorraden voor Israël via Turkije het land hebben bereikt. Het vliegverkeer tussen beide landen werd veel later opgeschort dan de rest van het vliegverkeer.
“Daarbij komt dat het gemakkelijker is om medische voorraden in te voeren vanuit een land dat dichtbij ligt.” Die geografische nabijheid zal volgens Ak helpen om de handel tussen beide landen snel weer op te bouwen.
