Deze niet-alledaagse Turkse miniserie vertelt het verhaal van een onopvallende schoonmaakster (vertolkt door Burcu Biricik), die door een tragische gebeurtenis onstabiel wordt.

Als er één boodschap is die je uit de eerste drie afleveringen van het Turkse misdaaddrama Fatma kan distilleren is het deze: mannen zijn dwazen.

Ongeacht wie schoonmaakster Fatma (Burcu Biricik) ook aanklampt voor hulp, ze wordt steevast begroet met agressie.

Een straathond wordt nog beter behandeld. Alleen de heer bij wie ze schoonmaakt biedt haar een luisterend oor, maar dat is waarschijnlijk meer omdat hij in haar levensverhaal een interessant boek ziet.

Haar leven is dan ook een aaneenschakeling van ellende. Haar echtgenoot Zafer is vier maanden geleden uit de gevangenis vrijgelaten, maar van toen af spoorloos.

Hij weet niet eens dat hun zoon onlangs om het leven is gekomen. Maar niemand neemt de vermissing serieus. Ze kan haar echtgenoot niet eens officieel als vermist opgeven.

Tijdens de zoektocht naar haar vermiste man Zafer, pleegt ze onverwacht een moord. De poetsvrouw, die altijd wordt onderschat en zo onder de radar blijft, verandert tegen wil en dank in een genadeloze seriemoordenaar. Tegelijkertijd krijgt ze af te rekenen met een aantal oude wonden.

Daarvoor heeft ze een geldig identiteitsbewijs nodig, en ze kan haar verlopen ID niet verlengen zonder haar man. Ze verdient als schoonmaakster niet genoeg om de elektriciteit en de huur te betalen.

Alle mensen uit haar omgeving zijn haar constante gevraag naar Zafer inmiddels ook meer dan zat.

Ook zakenman Bayram, die Fatma in dienst nam vanwege zijn vroegere werkrelatie met Zafer, ziet Fatma liever gaan dan komen.

Maar daar komt verandering in wanneer Fatma op een dag het heft in eigen handen neemt en op bezoek gaat bij een oude bekende van Zafer om hem vervolgens uit zelfverdediging – en met een ‘geleend’ pistool van Bayram – neer te schieten.