Duits minister van Buitenlandse Zaken, Frank-Walter Steinmeir betuigde maandag zijn spijt dat hij Turkije niet eerder bezocht heeft na de couppoging van 15 juli.

Steinmeir zei in een interview op de Duitse zender ARD: “De couppoging is een grote dreiging voor Turkije”. Hij verwees naar de incidenten tijdens de nacht van 15 juli in Turkije en zei: “Wie naar de opnames kijkt van die nacht in Turkije, zal zien dat het Turks volk werd beschoten”. De Duitse minister benadrukte ook dat ze de poging staatsgreep ‘met klem veroordelen’ en de slachtoffers steunen.

Bezoek Turkije

Toen hij gevraagd werd of hij Turkije zal bezoeken of niet antwoordde hij: “Achteraf bekeken, hadden we misschien beter inderdaad  Turkije bezocht. Ik sprak met de Turkse minister van Buitenlandse Zaken maar ik werd verkeerd begrepen, het leek alsof we de maatregelen van Turkije bekritiseerden. Ik zeg dat we solidair moeten zijn met degenen die werden aangevallen”.

Problemen Syrië

Hij merkte nog op dat Turkije geen gemakkelijk partner is. “Of we nu willen of niet, we hebben Turkije nodig om een oplossing te vinden om de controverse in Syrië te beëindigen”, zei Steinmeir nog. Na het interview herinnerde de minister van Buitenlandse Zaken dat het Duits ministerie van Binnenlandse Zaken en de inlichtingendiensten (BND), Turkije beschreef als het centrum van radicaal-extremistische groepen in het Midden-Oosten. Steinmeir zei daarop :”Om zulke beschuldigingen te uiten in  het openbaar moet je duidelijk bewijs hebben een omdat ik dat bewijs niet heb gezien, deel ik die mening niet en pas ik op met verklaringen in het openbaar”.

Sabah