Armenië heft embargo op Turkse producten op

De Armeense regering zei dat ze besloten heeft het embargo op Turkse goederen met ingang van 1 januari op te heffen.

Armenië stelde de blokkade oorspronkelijk in nadat Ankara vorig jaar Azerbeidzjan steunde tijdens het conflict over Nagorno-Karabach.

“Er is besloten om het embargo op de invoer van Turkse goederen in het land niet te verlengen”, aldus het ministerie van Economie op Facebook.

Turkije en Armenië kondigden onlangs aan dat er stappen worden gezet naar normalisatie en dat chartervluchten tussen de twee landen binnenkort zouden worden hervat.

Op 15 december benoemde Turkije Serdar Kılıç, een voormalig ambassadeur in de VS, tot speciale gezant om stappen te bespreken voor normalisatie met Armenië.

Drie dagen later benoemde Armenië zijn speciale vertegenwoordiger voor de dialoog met Turkije, Ruben Rubinyan, plaatsvervangend voorzitter van de Nationale Vergadering.

Ankara kondigde ook aan dat Moskou als gastheer zal optreden voor de eerste ontmoeting tussen de speciale gezanten van beide landen, maar een datum is nog niet vastgesteld.

De grenzen tussen de twee landen zijn al tientallen jaren gesloten en de diplomatieke betrekkingen zijn opgeschort.

Turkije en Armenië hebben onlangs aangekondigd dat er stappen in de richting van normalisatie worden ondernomen en dat de chartervluchten tussen beide landen spoedig zullen worden hervat.

Armenië en Turkije ondertekenden in 2009 een historisch vredesakkoord om de banden te herstellen en hun gedeelde grens na decennia te openen, maar het akkoord werd nooit geratificeerd en de betrekkingen zijn gespannen gebleven.

De betrekkingen tussen Armenië en Turkije zijn van oudsher gecompliceerd.

Het Turkse standpunt over de gebeurtenissen van 1915 is dat Armeniërs in Oost-Anatolië om het leven zijn gekomen nadat sommigen de kant van de binnenvallende Russen hadden gekozen en in opstand waren gekomen tegen de Ottomaanse strijdkrachten.

De daaropvolgende herhuisvesting van Armeniërs leidde tot zware verliezen, waarbij de slachtpartijen door militairen en milities van beide zijden het dodental deden stijgen.

Turkije maakt bezwaar tegen de presentatie van de incidenten als “genocide”, maar beschrijft de gebeurtenissen van 1915 als een tragedie waarbij aan beide zijden slachtoffers vielen.

Ankara heeft herhaaldelijk voorgesteld een gezamenlijke commissie van historici uit Turkije en Armenië en internationale deskundigen op te richten om de kwestie te onderzoeken.

Tijdens het conflict over Nagorno-Karabach steunde Ankara Bakoe en beschuldigde het Jerevan van het bezetten van Azerbeidzjans grondgebied.

Bron: Sabah