Nadat ze werd geweigerd door de assistente van haar huisarts, ontwikkelt de oorontsteking van Sevcan Koçer (21) zich dusdanig dat alleen een kunstmatige coma haar nog kan redden.

Eind augustus 2021 krijgt Sevcan een oorontsteking. Niets bijzonders voor haar, omdat ze een afweerstoornis heeft waardoor dat soort vervelende zaken vaker voorkomen.

“Op dat moment was mijn familie op vakantie, dus was ik een weekje alleen thuis. Gelukkig vond ik het niet eng om zelf de huisarts te bellen en wist ik dat ik bij zo’n ontsteking op tijd aan de bel moest trekken.”

Maar als ze de assistente van haar huisarts aan de lijn krijgt, hoort ze dat ze niet naar het spreekuur mag komen.

“Mijn eigen huisarts was toevallig ook op vakantie en de assistente gaf aan dat ze me niet wilde laten langskomen tijdens het spreekuur van de vervangende huisarts. Daar schrok ik van, want zelfs in mijn dossier stond dat een oorontsteking snel behandeld moet worden.”

Omdat Sevcan niet serieus genomen wordt, besluit ze een week te wachten tot haar familie terug is. “Nadat de ontsteking een week lang z’n gang heeft kunnen gaan, ben ik naar de huisartsenpost gegaan. Daar schrokken ze heel erg, omdat het zuurstofgehalte in mijn bloed zodanig was gedaald dat ik meteen doorgestuurd moest worden naar de eerste hulp. Ik had volgens hen veel te laat aan de bel getrokken.”

Ze wordt meteen opgenomen. “Ze prikten mijn trommelvliezen door in de hoop zo de ontsteking te verminderen. Na twee dagen ging mijn ademhaling helaas ernstig achteruit en moest ik aan het zuurstof. Die nacht ging het zo slecht met me dat de arts me wakker maakte om te vertellen dat ik naar de IC gebracht moest worden.”

De avond daarna gaat het alsnog mis en wordt Sevcans familie gebeld. “Hen werd verteld dat ik in slaap gebracht moest worden en dat er een kans was dat ik zou komen te overlijden.” De volgende ochtend wordt ze klaargemaakt om in slaap gebracht te worden.

Sevcan is op dat moment zo bang dat haar lichaam het niet gaat halen, dat ze iedereen een afscheidsberichtje stuurt.

“Daarin stond dat ik hoopte dat het goed ging met ze als ik het niet zou overleven en dat ik van ze hou. Als ik daar nu aan terug denk weet ik dat ik niet de enige was die met een onzeker gevoel die twee weken in ging.”

Ze wordt in slaap gebracht, maar na twee dagen gaat het slechter met Sevcan. “De ontsteking was in mijn long terechtgekomen en ik moest met spoed aan de hart-longmachine gelegd worden. In Apeldoorn, waar ik op dat moment lag, was er geen plek, dus moest ik naar Zwolle overgeplaatst worden. Daar werd ik op mijn buik in slaap gehouden.”

Daar wordt ze ook met spoed geopereerd om haar van een kunstlong te voorzien. “Die operatie was heel gevaarlijk, dus mijn familie mocht mij voor de zekerheid nog één keer zien.” Gelukkig gaat alles in de weken daarna voorspoedig en ziet de familie na twee weken dat Sevcan voor het eerst stabiel blijft. “Langzamerhand begon het beter met me te gaan.”

Coma 

In coma liggen is voor Sevcan op dat moment al twee weken verschrikkelijk. “Het voelde niet als twee weken, maar eerder als een jaar. In die tijd heb ik constant nachtmerries gehad. In die nachtmerries praatte ik tegen mensen om me heen, maar niemand praatte terug. Er werd niet naar me omgekeken. Ook ben ik in één van de nachtmerries aangerand, terwijl ik in het echte leven nog nooit ongewenst ben aangeraakt.”

Turks

Wel hoort Sevcan in die twee weken coma één keer een stem van buitenaf. “Het was tijdens een van de weinige fijne dromen. Mijn oom zat naast me en zei in het Turks: ‘Lieverd, ik ben bij je. Het gaat allemaal goed komen. Dit is maar een nachtmerrie’. Het bleek dus dat hij dat in het echt heel vaak tegen me heeft gezegd als hij aan mijn bed zat.”

Ze ligt nog even aan de hart-longmachine, maar haar slaapmedicatie wordt beetje bij beetje verminderd. “Vrij snel daarna werd ik wakker, al kan ik me dat niet meer herinneren. Ik deed wel mijn ogen open. Op het moment dat ik me bewust werd van mijn omgeving was de eerste persoon die ik zag mijn moeder. Toen zat er nog een buis in m’n keel, en het frustreerde me dat ik niet kon praten.”

“Het eerste wat ik zei toen de buis uit mijn keel gehaald werd, was ‘wie is dat?’ tegen mijn moeder. Ze heeft me later verteld dat ze er heel emotioneel van werd dat ik haar niet herkende.”

Zodra ze op medium care ligt vraagt Sevcan haar zus om te proberen een zaak tegen de assistente van de huisarts aan te spannen.

“Zij is daar meteen achteraan gegaan, want we willen die vrouw met de neus op de feiten drukken. Ik had dood kunnen gaan. Daar willen we het niet bij laten.”

Verder gaat het inmiddels goed met Sevcan en verloopt de revalidatie na haar coma voorspoedig.

Bron: Nederlandse media