Op 16 juli ontving Turks minister van Defensie Hulusi Akar enkele hoge Azerbeidzjaanse militaire vertegenwoordigers: viceminister van Defensie Ramiz Tahirov en zijn bevelhebber van de luchtmacht, in Ankara.

Tijdens die topontmoeting voorspelde Akar dat Armenië een hoge prijs zou betalen voor de aanvallen tegen Azerbeidzjaanse doelwitten.

“De Armeniërs zullen zichzelf verdrinken in de stroom van gebeurtenissen die zij veroorzaakt hebben. Ze zullen een hoge prijs betalen voor wat ze gedaan hebben.”

Op 12 juli bestookte Armeense artillerie enkele Azerbeidzjaanse stellingen in de Noordwestelijke grensregio Tovuz, maar na een tegenaanval trokken de Armeniërs zich terug.

Bij de recente grensgeschillen zijn al 11 Azerbeidzjaanse militairen, waaronder een generaal-majoor en een kolonel, gesneuveld. Ook geraakten 4 militairen gewond.

Akar liet weten het grensconflict op de voet te volgen.

“Wij veroordelen deze lafhartige aanval in Tovuz. Azerbeidzjaanse pijn is Turkse pijn. Azerbeidzjanen moeten weten dat alles wat zij meemaken, ook door ons volk gevoeld wordt. Ik wens de genade van Allah voor alle gesneuvelde soldaten. Hun bloed zal niet zinloos verspild zijn. Ik hoop ook dat de gewonden snel herstellen.”

Turkije zal verder niet langer accepteren dat de betwiste regio Nagorno-Karabach “zonder juridische argumenten bezet” wordt door Armenië.

Volgens Akar zijn Turkije en Azerbeidzjan 2 staten die samen 1 natie vormen. Beide volkeren delen taal, religie en geschiedenis.

Nagorno-Karabach is een gebied dat zowel door Armenië als door Azerbeidzjan geclaimd wordt.

Officieel behoort het gebied toe aan Azerbeidzjan, maar de Azerbeidzjanen stellen dat Armeense troepen het gebied sinds 1991 illegaal onder controle hebben.

Er zijn tot nu toe al 4 resoluties van de VN Veiligheidsraad geweest over de kwestie, en 2 van de Algemene Vergadering van de VN.

Die resoluties riepen Armenië op om zich uit Nagorno-Karabach, en nog 7 andere Azerbeidzjaanse regio’s, terug te trekken. De resoluties worden ook ondersteund door verschillende internationale organisaties.

K.L.

(Bron: Anadolu Agency)