Zeven ex-leden over de Nederlandse Gülenbeweging. Een garagehouder, een ingenieur, een docent, een autoverhuurder, een werkloze kok, een eigenaar van een uitzendbureau en een succesvolle ondernemer onthullen hoe de Gülenbeweging functioneert in Nederland.

Ook jij krijgt op den duur een uitnodiging. Of je op een avond in een zaaltje wil komen, waar een belangrijke bijeenkomst zal plaatsvinden. Je gaat erheen, natuurlijk ga je er heen. Je bent nieuwsgierig.

Bij binnenkomst lever je je telefoon in. Dat moet, zeggen ze, want anders worden ze misschien afgeluisterd. Je gaat in de zaal zitten, tussen tientallen andere Turks-Nederlandse mannen. Dan neemt een hoge abi – een broeder – het woord. Hij vertelt over de armoede in Afrika, hij vertelt hoe belangrijk het is om daar scholen te bouwen, hij vertelt dat er gedoneerd moet worden. Soms huilt hij erbij.

Daarna loopt de abi de zaal in en blijft bij iemand staan. ‘Dit is Mevlüt’, zegt hij bijvoorbeeld. ‘Hij heeft twee meubelzaken en een groothandel. Hoeveel ga jij dit jaar doneren, Mevlüt?’ En dan noemt de ondernemer een bedrag.

‘Dertigduizend euro!’

Jij schrikt ervan, voor jou is dit de eerste keer. Maar voor andere ondernemers lijkt het de normaalste zaak van de wereld.

‘Tienduizend’, zegt iemand.

‘Veertigduizend’, roept een ander.

Soms vindt de abi het bedrag onvoldoende. Dan zegt hij iets als: ‘Ik weet zeker dat jij ook vijftig kunt geven.’ Of: ‘Je rijdt in een Mercedes S-klasse. Is dit niet een beetje weinig voor jou?’ Vaak gaat zo’n ondernemer akkoord.

Uiteindelijk komt de abi jouw kant op. ‘Hoeveel ga jij geven?’ vraagt hij.

Iedereen kijkt naar je.

Hoe functioneert de Gulenbeweging in Nederland?

Zo gaat het eens per jaar bij de Gülenbeweging, tijdens de ramadan. Ze beamen het alle zeven – de garagehouder, de ingenieur, de docent, de autoverhuurder, de werkloze kok, de eigenaar van een uitzendbureau en de succesvolle ondernemer van wie we niet mogen opschrijven in welke sector hij werkzaam is.

De mannen onthullen tegenover de Volkskrant hoe de beweging in Nederland functioneert. Hoe word je lid? Wat doen gülenisten samen? Hoe zit de organisatie in elkaar? Hoeveel geld circuleert er? En wat beoogt de beweging eigenlijk? Willen gülenisten vooral goed doen, zoals ze zeggen? Gaat het om armoedebestrijding, onderwijs en dialoog? Of schuilt er achter die zalvende woorden een ander doel? Willen ze de macht grijpen in Turkije? Zijn het islamisten die overal de sharia willen invoeren?

“Gulenisten moeten hun masker afwerpen

Enkele geïnterviewden staan achter de Turkse president Erdogan, de aartsvijand van Gülen. Zo heeft autoverhuurder Murat Eren (35) een foto van de Erdogan in zijn kantoor in Rotterdam hangen – naast een staatsieportret van Willem-Alexander. De docent, die niet met zijn naam in de krant wil omdat ‘mensen me dan nog heel lang met de beweging blijven associëren’, zegt daarentegen dat kiezen tussen Gülen en Erdogan is ‘als kiezen tussen twee kwaden’.

ROTTERDAM - Murat Eren in Rotterdam.
ROTTERDAM – Murat Eren in Rotterdam.

De zeven willen praten omdat ze vinden dat gülenisten hun masker moeten afwerpen. Sinds de couppoging presenteren ze zich als slachtoffers van Erdogan. Maar dat is niet het hele verhaal, zeggen de mannen, die de beweging ruim voor de mislukte coup verlieten. In gesprekken die vaak uren duurden, schetsen ze een beeld van een geheimzinnige organisatie met een glanzende buitenkant en een rotte kern.

Woekerdonaties

‘Mensen op goede posities misbruiken mensen die lager in de hiërarchie staan’, zegt Mesut Soygül (47), de ingenieur, die tussen 1992 en 2012 bij de beweging zat.

‘Ze halen geld op via een systeem van woekerdonaties’, beweert Eren, die de beweging in 2010 verliet.

‘Het is een sekte’, zegt de docent. ‘Ze hebben een leider, ongeschreven regels en alles is omgeven door geheimzinnigheid.’

Duizelingwekkende bedragen

‘Het verbaasde me dat niet alle mensen van onze huiskamerbijeenkomst waren uitgenodigd’, zegt Mustafa Acer (33), de garagehouder. ‘Alleen de ondernemers zaten er. Een abi heeft ons die avond opgefokt om te doneren. Want de arme mensen moesten hogerop. Op een gegeven moment stak iemand een vinger op: ik geef 10 duizend. Iemand anders riep 50, iemand 60. Ik dacht: hoe kan iemand met een fietsenwinkel zoveel doneren? Dan moet je heel veel fietsen verkopen.’

ROTTERDAM - Mustafa Acer in Rotterdam.
ROTTERDAM – Mustafa Acer in Rotterdam.

Op zulke avonden harkte de Gülenbeweging duizelingwekkende bedragen binnen. Bij Akyazili stokte de teller geregeld boven het miljoen, bevestigen meerdere geïnterviewden.

De ondernemers hoefden de genoemde bedragen niet direct af te rekenen. Hun abi kwam wekelijks of maandelijks langs om het geld te incasseren. Vaak ging dat in contanten. Murat Eren, de autoverhuurder, zegt dat sommige ondernemers aan de donaties kapot gingen. ‘Mijn baas had drie vestigingen, maar heeft nog maar één winkel over.’

Mustafa Acer liet zich die avond overhalen 2.000 euro te doneren. ‘Ze schreven het op’, zegt hij. ‘Uiteindelijk heb ik 1.000 euro betaald. Maar de abi bleef achter me aanzitten, ook op het schoolplein. Op den duur probeerde ik hem te ontlopen.’

Gulenisten hebben mijn zaak kapot gemaakt

De zeven beschrijven een piramide. Daarbij wordt het fundament gevormd door eenvoudige zielen, de arbeiders, de mensen zonder kapitaal en invloed, mannen als de werkloze kok. Zij ontmoeten elkaar tijdens ontbijtbijeenkomsten. Ze mogen broodjes smeren tijdens evenementen.

Een niveau hoger zitten de mannen met geld, de ondernemers met inkomens die geplukt kunnen worden. Zij hebben huiskamerbijeenkomsten, zij financieren het bouwwerk.

Daarboven komen de abi’s. Er zijn abi’s die huiskamerbijeenkomsten leiden, abi’s die regio’s besturen en abi’s die verantwoordelijk zijn voor een sector. Zo is er een abi voor onderwijs, media en het bedrijfsleven.

‘Ik was werkloos. Ze hebben mij gezegd: jij bent kok, waarom ga jij niet een zaak openen? Ik heb geld geleend via een bank, en begon een grillroom in Charlois. Ik droeg geld af aan de beweging: 6.000 euro in vijf jaar. ‘Bijna elke dag kwamen mensen van de beweging eten. Ze wilden wel iets betalen, maar nooit wat het gekost had. Had ik ze voor 200 euro eten gegeven, kreeg ik 100. Ik kon niet makkelijk nee zeggen. Ze waren aardig voor mij.

‘Ook gaf ik eten aan een internaat van de beweging. Elke week negen of tien pizza’s. Voor de jongens in het huis, die de hele nacht lezen. Ik kreeg geen geld. Terwijl mijn vrouw hard werkte en mijn beide kinderen ziek zijn. ‘Toen kwam het offerfeest. De abi belde: jij gaat 100 euro betalen voor het offerfeest. Ik moest ook Eneco nog betalen. En de huur. Dus ik vroeg of ik later kon betalen. Hij antwoordde: jij betaalt ons, dan zal Allah jou betalen. Toen werd ik een beetje boos.

‘Ze hebben mijn bedrijf kapotgemaakt. Ze bleven zeggen dat ik van alles voor ze moest doen. En steeds moest ik betalen. Het voelde als de maffia. Mijn vrouw zei dat ik moest stoppen. Ze vroegen waarom ik niet meer kwam, zeiden dat ik geen goede moslim was. Ik zei: ik ben wel een goede moslim, alleen niet meer bij jullie. Na een tijdje stopte het.’

Lees het volledig artikel hier.

De Volkskrant